Naar inhoud springen

Kasteel Limbricht: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Wwikix (overleg | bijdragen)
cat
k Cat.
Regel 63: Regel 63:
[[Categorie:Kasteel in Sittard-Geleen|Limbricht]]
[[Categorie:Kasteel in Sittard-Geleen|Limbricht]]
[[Categorie:Rijksmonument in Sittard-Geleen]]
[[Categorie:Rijksmonument in Sittard-Geleen]]
[[Categorie:Kasteel in Limburg (Nederland)|Limbricht]]

Versie van 3 jan 2016 21:08

Kasteel Limbricht
Kasteel Limbricht, de voorburcht

Kasteel Limbricht is gelegen in de nabijheid van bossen en aan de rand van het gelijknamige dorpje Limbricht dat tegenwoordig deel uit maakt van de gemeente Sittard-Geleen.

Beschrijving van het kasteel

Het kasteelcomplex is gelegen binnen een brede omgrachting en bestaat uit een burcht en een kasteelboerderij als voorburcht. De burcht is een geheel onderkelderd viervleugelig vierkant gebouw rond een kleine binnenplaats. Het is een zeldzaam voorbeeld van een mottekasteel, een kasteel op een kunstmatig opgeworpen heuvel. De motte met daarop de burcht ligt als een eiland in de omgrachting.

De kelders van de burcht hebben mergelstenen tongewelven en in de buitenmuren zijn schietgaten aangebracht. De vier vleugels van het huidige kasteel, welke zijn voorzien van een lessenaardak, zijn in het begin van de 17e eeuw in Maaslandse renaissancestijl met raamomlijstingen in Naamse steen gebouwd door Nicolaas van Breyll (?-1655). Hij liet hierbij tevens de burchtheuvel vergroten tot een oppervlak van 36 bij 36 meter. Een chronogram op de ingangspoort vermeldt het jaartal 1622 als het bouwjaar van de burcht. In de achtervleugel is een vierkante traptoren opgenomen met een dubbele knobbelspits. Tevens bevindt zich hierin een vijfzijdige slotkapel uit 1643, voorzien van een stucplafond. Inwendig heeft het kasteel een grote zaal met een schouw met fries waarop de alliantiewapens van de familie Van Breyl zijn aangebracht.

De voorburcht is een U-vormige kasteelhoeve voorzien van de jaarankers '1630' en is in verschillende bouwfases tot stand gekomen. De west- en zuidvleugel werden het eerst gebouwd, de oostvleugel korte tijd later. Opmerkelijk is dat de aanvankelijk geplande hoektorens nooit zijn gebouwd. De toegang tot de binnenplaats van de kasteelhoeve is via een boogbrug over de buitenste omgrachting. Bij de ingang in de westvleugel bevindt zich een poortwachterswoning en een melkhuisje. In de 18e eeuw werd aan het uiteinde van de oostvleugel nog een schapenhuis toegevoegd.

Geschiedenis en bewoners

De geschiedenis van de motteburcht gaat waarschijnlijk terug tot de 10e eeuw. In de vroege middeleeuwen verrees hierop vermoedelijk een houten toren of houten motteburcht. Later werden deze houten constructies vervangen door stenen bouwwerken. Zeker is dat onder de huidige bebouwing de restanten zijn gevonden van een vermoedelijk 12e-eeuwse ronde donjon opgetrokken uit natuurstenen metselwerk en die later, omstreeks 1250, herbouwd is. Deze herbouw is waarschijnlijk uitgevoerd door de eerste heren van Lemborch, waarvan Hermannus de Lemburg de oudst bekende heer van Limbricht is. Hij leent de heerlijkheid Limbricht aan de hertogen van Brabant, dat wil zeggen dat deze hier volgens eigen goeddunken mochten verschijnen en er desnoods tot een bezetting mochten overgaan.

Rond 1450 komt het kasteel in bezit van de familie Scheiffart de Merode die de burcht bijna twee eeuwen zou bewonen. Echter in 1579, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, logeert de hertog van Parma op het kasteel waarbij plundering en verwoesting zou plaatsvinden. In 1619 had Johan V Scheiffart van Merode, heer van Limbricht, de bedoeling 'de heerlyckheyt te submitteren aan den Culiksen Raede van Düsseldorf'. Maar na problemen over de erfopvolging in de Scheiffart de Merode familie, komt het kasteel tenslotte toe aan Nicolaas van Breyll, voorheen Nicolaas Mulrepas genaamd, de bouwer van het huidige kasteel. In de 1705 overlijdt de laatste telg uit het geslacht Van Breyll, Elisabeth Cecilia van Breyll. Het bezit gaat over naar de familie Van Bentinck in de persoon van Frans Nicolaas, baron van Bentinck. In 1794, bij het binnenvallen van de Fransen moet de familie Van Bentinck haar bezittingen opgeven. In 1810 wordt het kasteel aangekocht door de familie Michiels van Kessenich, die het gebouw als jachtslot ging gebruiken.

In de jaren 1813 en 1814 diende het kasteel als lazaret voor duizenden zieke en gewonde Franse soldaten, die terugkeerden van de volkerenslag bij Leipzig. Veel van deze soldaten leden aan dysenterie en ze werden verzorgd door de lokale bevolking. Een groot aantal van hen (687 soldaten) overleefden het niet en ze werden begraven op het Franse kerkhof in Limbricht. Ook een aantal Limbrichtenaren moesten hun inspanning voor de soldaten bekopen met de dood.

In 1917 werd het kasteel gebruikt als een interneringskamp voor Duitse krijgsgevangenen die de Belgisch-Nederlandse grens overschreden en door de Nederlandse overheid als smokkelaar werden opgepakt.

Eigenaren van het kasteel

Van Tot Eigenaar Opmerking
Vermoedelijk reeds vanaf de 10e eeuw 1426 heren van Lemborch (van Limborch) oudst bekende was Hermannus de Lemburg die voor het eerst in 1260 wordt genoemd.
1426 1457 van Welckenhuysen door verkoop kwam het kasteel in bezit van het echtpaar Hendrick van Welckenhuysen, heer van Clermont, en Agnes van Berghe.
1457 1619 Scheiffart van Merode door verdeling kwam het kasteel in bezit van Johan II Scheiffart van Merode. Onder deze familie kwam het kasteel, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, in Staatse handen.
1619 1706 van Breyll door het overlijden van Maria Scheiffart van Merode erfde Nicolaas van Breyll het kasteel. Onder de familie van Breyll kwam het kasteel, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, eerst in Spaanse handen. Vanaf 1665 maakte Limbricht deel uit van het Land van Gulik.
1706 1793 van Bentinck na het overlijden van Elisabeth Cecilia van Breyll, dochter van Nicolaas, ging het kasteel over in handen van de familie van haar echtgenoot, van Bentinck.
1793 1810 van Bentinck (tijdelijk in Franse handen) na de Franse inval in de Zuidelijke Nederlanden vluchtte Baron van Bentinck naar Düsseldorf. Het kasteel is tijdelijk in Franse handen.
1810 1955 Michiels van Kessenich verkoop van het kasteel aan de Roermondse burgemeester Hendrik Joseph Michiels, heer van Kessenich en eigenaar van Huis Hattem (kasteeltje Hattem te Roermond). In 1822 werd hij door koning Willem I als baron Michiels van Kessenich in de adelstand verheven.
1955 1955 Bisschoppelijk College Sittard verkoop van het kasteel aan het Bisschoppelijk college te Sittard die het ten behoeve van haar leerlingen aankocht.
1955 Stichting Kasteel Limbricht door verkoop overgegaan naar de huidige eigenaar Stichting Kasteel Limbricht die het kasteel restaureert en exploiteert.

Het heden

Momenteel is het kasteel in bezit van de 'Stichting Kasteel Limbricht'. Het complex is in de vijftiger en zestig-zeventiger jaren door de stichting grondig gerestaureerd, waarbij de in de Tweede Wereldoorlog verwoeste oostvleugel werd herbouwd, getuige de jaarankers '1969' op het gebouw. De voorburcht wordt gebruikt als multifunctioneel horecacentrum met een restaurant, vergader-, conferentie- en feestzalen en een bowlingbaan. De hoofdburcht heeft in de loop der jaren aan diverse bedrijven onderdak geboden. Momenteel wordt het gebruikt als hoofdkantoor van Elektor International Media BV.

Trivia

In het kasteel was in de 17e eeuw de schepenbank gevestigd. In 1674 werd Entgen Luyten door de schepenbank beschuldigd van 'hexerei en quade toeverei'. Ze ontkende alle schuld maar ze werd toch veroordeeld tot toepassing van tortuur. Na verscheidene verhoren werd de verdachte uiteindelijk dood aangetroffen in de gevangenis met de strop om de nek. De uiteindelijke conclusie van de doktoren was: zelfmoord. Ze overleed in de kerkers van het kasteel Limbricht en was naar verluidt de laatste 'heks' die in Nederland gedood is.

Zie de categorie Kasteel Limbricht van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.