Operatie Hydra (Joegoslavië)
Operatie Hydra | ||||
---|---|---|---|---|
Onderdeel van SOE-operaties | ||||
De HMS Thorn, waarmee de agenten aan wal werden gezet.
| ||||
Datum | 2 februari 1942 | |||
Resultaat | Totale mislukking, contactnetwerk is niet aangelegd. | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
| ||||
Verliezen | ||||
|
Operatie Hydra was een mislukte operatie tijdens de Tweede Wereldoorlog bij het Joegoslavische front uitgevoerd door de Special Operations Executive (SOE) en het Joegoslavische verzet. De operatie werd in januari 1942 door Winston Churchill goedgekeurd.
Het doel van de operatie was om een contactnetwerk op te zetten in het gebied rond Podgorica, onder leiding van Josip Broz Tito. In februari 1942, werden twee Britse SOE-agenten en een officier van de Koninklijke Joegoslavische Luchtmacht gedropt bij Perazića Do, ten noorden van Petrovac (tegenwoordig Montenegro).
Op 4 februari gingen de drie agenten aan wal van de Britse onderzeeër HMS Thorn. Dat waren Major Terence Atherton (een voormalig journalist en agent in Belgrado), luitenant Radoje Nedeljković van de Koninklijke Joegoslavische Luchtmacht en sergeant Patrick O'Donovan. De operatie mislukte volledig. De Joegoslavische officier vertrouwde de Britse agenten niet helemaal en er wordt gesuggereerd dat dit de oorzaak is dat Tito dacht dat de twee SOE-agenten spionnen waren. Alles mislukte, daarom lieten de Britse agenten Tito achter. De agenten lieten alles verdwijnen, inclusief de grote hoeveelheid goud en Italiaanse geld wat ze hadden meegenomen.