De Britse autoriteiten in het gebied weigerden de inval te steunen, omdat zij die als een inbreuk op Spaanse neutraliteit zagen. Toestemming voor de operatie kwam uiteindelijk uit het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Londen. Op 14 januari1942, terwijl de officieren van de schepen zogenaamd een feest georganiseerd door een SOE-agent bijwoonden, gingen de commando's de haven aan boord met twee sleepboten, ze overmeesterden de scheepsbemanningen en voeren weg met de schepen, waaronder het Italiaanse koopvaardijschip Duchessa d'Aosta. De aanval stimuleerde de reputatie van de SOE's op een kritiek moment. De SOE toonde zijn vermogen om geheime operaties te plannen en uit te voeren, ongeacht de politieke consequenties.