drieëntachtig

Nederlands


0	0	8	3

drieëntachtig,
op een abacus

drieëntachtig

"83", het getal tussen tweeëntachtig en vierentachtig, tachtig plus drie
1. om een hoeveelheid aan te geven
  - De totale kosten bedragen drieëntachtig euro en zevenendertig cent.
2. om een plaats in een volgorde aan te geven
  - Het juiste antwoord op opgave drieëntachtig is "42".

zelfstandig naamwoord samengesteld met "drieëntachtig" ht

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "drieëntachtig" ht

bijwoord

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "drieëntachtig" ht als linkerdeel

hooftelwoorden samengesteld met "drieëntachtig" ht als rechterdeel

1. het getal 83

de drieëntachtig v / m

dat wat in een (rang)ordening met 83 is aangeduid
- Het is weer de drieëntachtig die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen?
- Haar vierentachtigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de drieëntachtig eenmaal voorbij was.

de drieëntachtig mv

groep van 83 eenheden
- De drieëntachtig zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen.

Het woord drieëntachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	drieëntachtig	drieëntachtigs
verkleinwoord	drieëntachtigje	drieëntachtigjes