gezinsinkomen
Uiterlijk
- ge·zins·in·ko·men
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gezinsinkomen | gezinsinkomens |
verkleinwoord |
het gezinsinkomen o
- het inkomen van alle leden van een huishouding bij elkaar opgeteld
- Het gaat hier niet om een gezinsinkomen, maar om het inkomen per persoon. Een gemiddeld gezin van twee ouders en twee kinderen zou dus 105.256 euro moeten overhouden, nadat alle belastingen zijn betaald. [2]
- In een briefje aan de commissie liet ze weten dat ze door haar raadswerk in Tilburg als kostwinner te weinig tijd over heeft 'om door bezoldigde arbeid een redelijk gezinsinkomen te verwerven'. [3]
- Dat er meer ouderen kiezen voor het vrije ondernemerschap, heeft veelal een financiële reden. Het gaat bijvoorbeeld om mensen die met de VUT zijn, maar van wie de partner werkloos is geworden waardoor het gezinsinkomen niet langer toereikend is. [4]
- Het woord gezinsinkomen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 05-01-12 Tot de rijkste 1 procent van de wereld horen? Dan moet je 26.314 euro verdienen
- ↑ Tubantia 16-04-12 Tilburgse SP'er levert raadszetel in
- ↑ Tubantia Hans Berkhout 04-08-12 Meer 60-plussers beginnen bedrijf