technologisch
Uiterlijk
- Geluid: technologisch (hulp, bestand)
- IPA: /tɛxnoˈloɣis/
- tech·no·lo·gisch
- afgeleid van technologie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | technologisch | technologischer | - |
verbogen | technologische | technologischere | - |
partitief | technologisch | technologischers | - |
technologisch
- met betrekking tot stelselmatig ontwikkelde kennis over werkwijzen en hulpmiddelen om dingen te produceren
- Ons leven verandert door de technologische ontwikkeling.
- Het groeiend gebrek aan technologisch talent is in Nederland een groot knelpunt, zo staat omschreven in het nieuwste rapport over de bekostiging van hoger onderwijs en onderzoek, dat afgelopen week werd aangeboden aan minister Ingrid van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). [1]
- vanuit de kennis hoe en met welke hulpmiddelen iets gemaakt wordt
- De nieuwe machine was een technologische mislukking omdat hij te snel versleet.
- Het woord technologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "technologisch" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Tubantia Arjan te Bogt 20-05-19 4 miljoen euro minder per jaar voor Saxion: ‘Onbegrijpelijk’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %